Sinds het hoogtepunt in juli, rond 6170 punten, is de Franse index sterk gedaald, waarbij in januari de neklijn (rond 5250 punten) neerwaarts werd doorbroken. Dit gaf voor de lange termijn een negatief… Sinds het hoogtepunt in juli, rond 6170 punten, is de Franse index sterk gedaald, waarbij in januari de neklijn (rond 5250 punten) neerwaarts werd doorbroken. Dit gaf voor de lange termijn een negatief signaal af. De dalende trend voor de lange termijn is nog altijd intact. De stijging vanaf het dieptepunt rond 4400 punten kunnen we vooralsnog dan ook aanduiden als een herstel binnen de dalende trend. De Franse index leek de afgelopen maanden een omgekeerd hoofd-schouderpatroon te hebben afgerond, waarmee een bodemproces zou zijn voltooid. Echter, het is de index niet gelukt om de stijgende lijn door te zetten. Sterker nog, sinds de top in mei is er een dalende trend gevormd. Totdat deze opwaarts is verlaten, blijven we op onze hoede. De index mag in ieder geval niet onder de bodem van maart duiken, want dan zijn de rapen gaar. In dat geval wordt een belangrijke steunlijn (zijnde de neklijn van een groot hoofdschouderpatroon) doorbroken. De gevolgen zullen dan niet te overzien zijn.